banner banner banner
Daisy's Ketting
Daisy's Ketting
Оценить:
 Рейтинг: 0

Daisy's Ketting


“In dat geval, Johnny, krijg je van mij een ja met heel hart en ziel, ik wil heel graag met je trouwen.”



John wilde dat de huwelijksceremonie binnen een week zou plaatsvinden, maar Teresa stond erop alles goed te plannen en te organiseren. Ze vroeg John alleen niet zich tot het katholicisme te bekeren, en ze vroeg ook niet om de baby katholiek op te voeden.

Met veertien weken, na de grote bruiloft, vertelde Teresa John dat ze een meisje verwachtten. Ze was bang dat John teleurgesteld zou zijn, maar daar was niets van te merken.

John van zijn kant dacht dat hij teleurgesteld moest zijn, hij was verbaasd dat dit niet zo was.

“Welke naam zullen we haar geven?” vroeg Teresa op een morgen in bed.

“Kunnen we haar Daisy noemen?” vroeg hij.

“Natuurlijk”, mijmerde ze. “Daisy – Margarita in het Spaans – een parel – een verborgen juweel. Het is de perfecte naam voor onze dochter, ons geschenk van God, dat er nooit had mogen zijn.”

2 DAISY´S VROEGE KINDERJAREN

Het was Teresa’s derde zwangerschap. Hoewel de andere voortijdig waren afgebroken, verliep deze zonder problemen. Wel was ze natuurlijk een beetje bang vanwege haar verleden. John was zich hiervan bewust en zorgde voor een privé-verpleegster voor haar en een tweede auto, zodat de tuinman haar naar het ziekenhuis kon brengen, als hij en Tony niet thuis waren. De hele zwangerschap verliep echter probleemloos, en Daisy werd thuis geboren op 14 december, op een heerlijke zonnige namiddag, met de hulp van een vroedvrouw die door de verzekeringsmaatschappij van de familie ter beschikking werd gesteld. Het was een vlotte bevalling en John glunderde van trots toen hij zag hoe zijn mooie vrouw hun prachtige baby vasthield.

John was nooit zo’n fotoliefhebber geweest, maar binnen een week had hij er honderden geschoten. Hij liet ze aan zijn vrienden en kennissen zien en als ze zeiden dat Daisy zijn neus of ogen had, was hij apetrots, hoewel hij de gelijkenis zelf niet kon zien. Voor hem was zij het evenbeeld van zijn lieveling Teresa, en dat zou hij niet anders gewild hebben. Hij ging nooit met haar buiten de poort, maar hij wandelde graag met haar in de kinderwagen door de tuin en beschreef haar de bloemen en de vogels als hij zeker wist dat niemand hem kon horen. Hij had Teresa’s hart doen smelten toen ze op een morgen bij Daisy kwam en John ‘poesje mauw kom eens gauw’ voor haar hoorde zingen. Op het moment dat hij haar zag luisteren, was hij rood geworden van schaamte en had het nooit meer gedaan.

De tuinwandelingen waren kort daarna opgehouden. In plaats daarvan ging John vaker op stap. Dat had gevolgen voor Teresa. John was niet gewend zonder partner uit te gaan en wilde dat zijn vrouw hem vergezelde, wat betekende dat ze een kindermeisje nodig hadden. Hoewel het niet was wat Teresa wilde, vond ze dat ze moest gehoorzamen, omdat John altijd zo goed voor haar was geweest.

De perioden dat baby Daisy bij haar kindermeisje, Lisa, werd achtergelaten, werden langer en frequenter, totdat de baby meer genegenheid voor Lisa toonde dan voor haar moeder. Het brak Teresa’s hart, maar ze kon er niets aan doen. Rond deze tijd merkte Tony dat kleine Daisy vaak alleen in haar box in de tuin zat. Hij kwam daarom regelmatig langs om haar te vermaken. Hij had er geen probleem mee dat iemand hem zag of hem voor gek verklaarde, hij hield van kinderen en had het altijd betreurd dat hij er zelf geen had. Daisy was ook dol op hem en ze werden dikke vrienden.

Daisy bleek als peuter alles snel op te pikken: zij leerde even snel Spaans als Engels. Teresa gebruikte deze gelegenheid om haar eigen beheersing van het Engels, dat tot dan toe redelijk gemiddeld was geweest voor de omgeving en haar achtergrond, te verbeteren. Dit kon haar later goed van pas komen en het verbeterde de relatie met haar dochter.

Desondanks groeide Daisy min of meer alleen op, of beter gezegd, met de bedienden. Zij woonde in dezelfde villa als haar ouders, maar John was aan zijn vrijgezellenbestaan gewend, en was te oud om te veranderen. Hij ging ‘s avonds graag iets eten en drinken, en verwachtte dat zijn vrouw hem vergezelde, zoals de vrouwen van zijn vrienden hen vergezelden. Het maakte niet uit dat na afloop van de maaltijd de vrouwen aan de ene kant van de tafel zaten en de mannen aan de andere.

Tegen de tijd dat ze thuiskwamen, was kleine Daisy vaak al door haar kindermeisje in bed gestopt en in slaap gevallen terwijl ze een verhaaltje voorgelezen kreeg. Om eerlijk te zijn, Daisy’s kindermeisje had niet meer van haar kunnen houden als ze van haarzelf was geweest. Daisy’s moeder deed haar best om haar regelmatige afwezigheid goed te maken, omdat ze zich daar altijd schuldig over bleef voelen, maar ze was er nu van overtuigd dat Daisy’s toekomst veilig was en dat was wat ze het allerbelangrijkst vond.

Daisy zou nooit hoeven te doen wat zij had moeten doen om een toekomst voor zichzelf en haar kinderen veilig te stellen, als ze die op een dag zou krijgen.

Daisy volgde het pad van veel kinderen van rijke ouders. In haar eerste jaren varieerde dit van het ene moment verwend worden door schuldbewuste ouders en het andere weer emotioneel door hen verwaarloosd worden; toen ze vijf jaar oud was, werd ze naar de kleuterschool gebracht, waar leraren probeerden de ouders en kindermeisjes van de kinderen te vervangen. Iedereen bedoelde het goed, maar het leidde alleen maar tot meer verwarring, isolement en eenzaamheid voor de betrokken kinderen, ook voor Daisy.

Ze groeide enigszins kil op; een eenling die niet op zoek was naar vriendschap of gezelschap. Dat weerhield andere kinderen er niet van om te proberen bevriend met haar te raken, maar geen van hen werd erg close met haar. Ze had er geen idee van wat een hartsvriendin was. Op school ging het net zo. Daar probeerde ze wel in alles uit te blinken, maar dat was omdat ze de goedkeuring van haar vader probeerde te krijgen. Ze was zekerder van die van haar moeder, die wel wat tijd met haar doorbracht als ze haar ‘plichten’ voor Johns sociale leven niet hoefde te vervullen.

Het was in deze fase van haar leven, op de lagere school, dat zij voor het eerst hoorde over haar vaders wapenfeiten en reputatie als een ‘harde man’. Sommigen beschreven hem zelfs als ‘genadeloos’ of ‘koelbloedige moordenaar’. Deze beschrijvingen van haar vader deden haar echter niet twijfelen aan zijn karakter, ze versterkten alleen maar zijn heldenstatus in haar jonge geest. Beschouwde haar moeder hem immers niet als ‘haar held’ en noemde ze hem niet vaak zo?

Ze liet zich nooit uit over haar gevoelens wanneer mensen slechte dingen over haar vader zeiden, maar ze reageerde ook niet wanneer mensen vol ontzag over hem spraken. Wel gloeide ze van binnen van trots over de persoon waarover ze van anderen meer leerde dan van hem zelf.

Ze kreeg les in het Engels en Spaans op dezelfde school, en sprak beide talen vloeiend. Ze ging net zo makkelijk om met de rijke en arme Spaanse kinderen als met rijke Britse. Ze had nooit arme Britten ontmoet, dus totdat ze op haar zestiende naar een kostschool in Groot-Brittannië ging om haar eindexamen te doen, had ze er geen idee van dat die bestonden. Wat dat betreft was ze net als veel Spaanse kinderen.

Haar ouders namen haar mee naar Londen om op kostschool te gaan, maar toen ze haar daar achterlieten, met haar moeder in tranen, ontdekte ze dat het de man was die ze oom Tony noemde, het hoofd van de beveiliging van haar vader, die ze het meest miste. De kindermeisjes waren gekomen en gegaan, net als haar leraren op school, maar Tony was er altijd geweest, wat meer was dan ze van haar ouders kon zeggen. Hij had haar leren fietsen op een fiets met steunwieltjes, en hij was het die ze eraf haalde en haar opving als ze omviel. Hij had haar ook leren zwemmen, in bomen klimmen, een bal trappen en gooien, en zelfs de grondbeginselen van boksen en karate. Zij had dierbare herinneringen aan het rugby kijken met hem op de televisie, en genoot ervan hem enthousiast te zien worden als Engeland punten scoorde of bijzonder goed speelde. Regelmatig dacht ze met weemoed terug aan die gelukkige dagen, waarvan ze wist dat ze waarschijnlijk voorgoed voorbij waren.

Het was op kostschool en op de universiteit, waar ze Business and Economics studeerde aan de LSE, dat ze een olifantshuid ontwikkelde en de sluwheid van een vos. Zij had altijd het bijzondere vermogen gehad om zich elk woord te herinneren dat iemand ooit over haar, haar familie en vooral haar vader had gezegd. Ze had ook de gewoonte om alles op te schrijven in dagboeken, en dat al een decennium lang, maar dit was slechts een manier om te onthouden. Zij had al in haar jeugd ontdekt dat als zij iets eenmaal had opgeschreven, zij het nooit meer vergat.

Om iets buiten school en later de universiteit te doen, nam zij lessen in mixed martial arts. Ze was bedreven in full contact Kyokushinkai Karate, en had Aikido en boksen geleerd tegen de tijd dat ze van school kwam.

John en Teresa voelden zich de meest trotse ouders van de hele wereld toen ze naar Londen gingen om te zien hoe hun dochter haar eerste klas graad in ontvangst nam. Ze vierden het direct daarna in het Ritz met vrienden, en ‘s avonds bij vrienden van Daisy. Het was een perfecte dag en misschien wel de enige in tien of vijftien jaar dat Daisy zich tegelijkertijd voor haar beide ouders waardevol had gevoeld.

John en Teresa boden haar een eersteklas vliegticket rond de wereld aan als beloning voor haar prestatie, en hadden als verrassing een gloednieuwe Porsche 911 Carrera S Cabriolet in de garage in Spanje staan, maar tot hun verbazing weigerde Daisy het ticket.

“Ik vlieg liever gewoon met jullie mee terug naar Malaga, als het niet uitmaakt”, zei ze. “Ik wil iets bijdragen aan het familiebedrijf. Er zal later genoeg tijd zijn om de wereld rond te vliegen. Ik wil met jou in het familiebedrijf werken, pap”.

Pa, zesentachtig jaar oud, wist niet zeker wat hij daarvan moest denken, maar voelde zijn hart warm worden. Hij sloeg een arm om zijn dochter en gaf haar een kneepje in haar schouder. Het was een zeldzaam moment van samenzijn voor hen beiden.

Als alternatief voor de wereldreis trakteerden Daisy’s ouders haar op een dagje shoppen in hartje Londen waar ze 5.000 pond kon besteden. John kwam met zijn aloude excuus van een slechte rug om zijn vrouw en dochter niet te hoeven vergezellen, maar ze wisten toch al dat hij niet van winkelen hield en gingen gezellig met z´n tweetjes. Ze hadden het reuze naar hun zin en showden bij terugkeer hun nieuwe outfits voor hem. Hij veinsde belangstelling, maar nogmaals, ze kenden hem beiden te goed om enig enthousiasme over mode van hem te verwachten.

Bezorgd over de Britse pers besloot John dat het veiliger voor hem zou zijn om de volgende dag naar Spanje terug te keren, en zijn kleine familie ging maar al te graag met hem mee. Hij was zo lang weggeweest dat Groot-Brittannië, en zelfs Londen, niet meer als thuis aanvoelde. Teresa hield van Londen, maar alleen om te winkelen, en Daisy wilde graag aan haar nieuwe leven beginnen. Ze voelde zich ouder, verantwoordelijker, en beter in staat om haar ouders op een hoger niveau te leren kennen dan mogelijk was geweest toen ze nog een kind was.

“Heb je geen vriendje of een speciaal iemand waar je afscheid van wilt nemen?” vroeg haar moeder.

“Nee”, antwoordde ze enigszins verlegen. Dat was niet omdat ze wel een vriendje had, maar omdat ze zich er van bewust was dat mensen van een mooie jonge vrouw als zij nu eenmaal verwachtten dat ze er een had, toch had ze die niet. Teresa geloofde haar niet, maar ging er verder niet op in. Feit was dat er in de vijf jaar dat ze weg was geweest, tientallen jongens en mannen achter haar aan hadden gezeten. Echter, ze had met geen van hen een emotionele band kunnen krijgen.

Tijdens het eerste jaar had ze het wel geprobeerd, echt geprobeerd, maar ze hield niet van zoenen, vooral niet op z’n Frans. Ze hield er niet van betast te worden of dat er van haar verwacht werd jongens te behagen. Ze had drie keer gevreeën met twee verschillende partners, maar ze had niet genoten van die ervaringen. Daarna had ze het opgegeven en deed alsof ze een verloofde in Spanje had, zodat niemand een verkeerde indruk van haar zou krijgen. Ze had zelfs geen vriendinnen gehad die close genoeg waren om te merken dat ze haar verloofde, die ze Dick (Engels voor lul) noemde omdat ze daarom moest lachen, nooit ontmoet hadden.

Ze had de conclusie getrokken dat ze aseksueel was, ook al wist ze diep van binnen dat dat ook niet waar was. Ze viel wel op jongens, niet op meisjes, maar ze hield niet van hen, in elk geval niet van degenen die ze tot nu toe had ontmoet, en ze moest toegeven dat dat er nogal wat waren geweest op de universiteit.

Desalniettemin, om haar moeder op een dwaalspoor te brengen, ging ze die avond een paar uur alleen op stap, echter alleen om een film te zien en een hamburger te eten.

Ze waren alle drie blij, vooral Daisy, dat ze de volgende middag terug naar Spanje konden vliegen.

3 DE LEERTIJD

Op de zondagmiddag na hun terugkeer zei Daisy na de lunch tegen haar vader: “Pap, ik ben er klaar voor om je te helpen op welke manier je maar wilt. Ik wil je rechterhand zijn en ik sta m´n mannetje, eh meisje, of, eh, vrouw, hoe je me ook wilt noemen. Ik denk dat onze zaken het beste binnen de familie gehouden kunnen worden, dus als je wilt, neem ik vanaf morgen Tony’s baan over als je plaatsvervanger”.

Ze had verwacht, of tenminste gehoopt, dat haar held haar nog een knuffel zou geven voor die loyaliteitsverklaring, maar ze werd weer teleurgesteld, ook al was dat zoals gewoonlijk niet van haar mooie gezicht af te lezen.

“Tony is al zo’n 30 jaar bij me… Je kunt niet zomaar in zijn schoenen stappen, liefje… en trouwens, wat zou je moeder in hemelsnaam zeggen? Tony heeft een gevaarlijke baan. Ik kan je onmogelijk zijn werk laten doen…”

Ze was er kapot van, maar alleen zij wist dat.

“Ik wil alleen maar helpen, pap. Ik wil mijn steentje bijdragen aan de organisatie die je hebt opgericht, en die onze manier van leven mogelijk heeft gemaakt… die van mij en die van mama”.

“Dat is heel lief van je, Daisy, maar ik zie niet in hoe je kunt… Ik zal je zeggen wat ik zal doen. Geef me een paar dagen de tijd om er over na te denken en ik laat je weten welke positie in ons familiebedrijf voor jou geschikt is. Wat denk je daarvan?”

“Beloofd?”

“Ik beloof het, moppie, tegen het einde van de week”.

Ze vond het heerlijk als hij haar ‘moppie’ noemde, en kuste hem op de wang.

“Ga nu maar en laat me er over nadenken”, zei hij.



John was trots op zijn dochter en de manier waarop ze hem aanbad, maar hij was bang dat die aanbidding niet lang zou duren als hij Daisy te veel over zijn zakelijke activiteiten te weten zou komen. Vandaar dat hij probeerde haar op afstand te houden door haar een baan te geven, die alleen te maken had met de juridische kant van zijn financiële zaken.